Wat is de betekenis van Schuifster?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

schuifster

1) (1906) (Barg.) verouderde benaming voor een hysterische of lesbische vrouw. 'Schuiven' wordt door Endt (Bargoens Wdb.) omschreven als 'een bepaalde variatie in de liefdestechniek van lesbische vrouwen'. Vgl. scharen*. • Schuifster: hysterische vrouw. (Köster Henke: De Boeventaal. 1906) • Joden Jet had inmiddels vast besloten: ze...

2024-04-29
Jargon & Slang van Prostituees en pooiers

Marc De Coster (2017)

Schuifster

(bij Moormann) een hysterische vrouw. Verouderde term voor lesbienne.

2024-04-29
Boevenjargon

Professor Henry Roskam (1949)

schuifster

hysterische vrouw.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

schuifster

v. (-s) zij die schuift.