Wat is de betekenis van Schouwspel?

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

schouwspel

schouwspel - zelfstandig naamwoord uitspraak: schouw-spel 1. afbeelding of situatie om naar te kijken ♢ die wedstrijd was een prachtig schouwspel Zelfstandig naamwoord: schouw-spel het schouwspel ...

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Schouwspel

s.n., skouspul (it), toaniel (it).

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schouwspel

o. (-en), gebeurtenis, vervolgens ook toestand, die het oog tot zich trekt, tafereel, toneel, vertoning : op de Rigi genoten wij het prachtige schouwspel van de zonsopgang ; een heerlijk, een roerend, een aangrijpend schouwspel.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schouwspel

o. schouwspelen (toneel, tafereel, vertoning, elk belangwekkend voorval).

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

schouwspel

o. (-en) 1. Eig. vertoning tot ontspanning van de toeschouwers. 2. Metf. belangwekkend voorval : het prachtig van de zonsondergang.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Schouwspel

o. (-en), gebeurtenis, toestand die het oog tot zich trekt, tafereel, toneel, vertoning: het prachtige schouwspel van de zonsopgang.

2024-04-26
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)