Wat is de betekenis van schoolgaand?

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

schoolgaand

schoolgaand - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: school-gaand 1. wie nog naar school gaat ♢ om vier uur fietst de schoolgaande jeugd hier voorbij Bijvoeglijk naamwoord: school-gaand de/het schoolgaande ...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schoolgaand

bn., die (nog) op school gaat: schoolgaande kinderen.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

schoolgaand

bn. (ter schole gaande): de schoolgaande kinderen.

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Schoolgaand

Schoolgaand - bn. die ter school gaan: schoolgaande kinderen.

Gerelateerde zoekopdrachten