Schoenlapper
m. (-s), 1. iem. die als ambacht heeft schoenen te lappen; 2. ben. voor een geslacht van dagvlinders (Vanessa) met bontgekleurde vleugels, inz. V. atalanta; — (Zuidn.) vlinder in ’t alg.; 3. (gew.) zwart stekelbaarsje; 4. (gew.) driekleurig viooltje; — elders voor de zwarte aalbes en ook voor bessenjenever; 5. soort...