Wat is de betekenis van Scheper?

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Scheper

m. (-s), schaapherder.

2025-07-15
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

scheper

herder(shond) Weet je nog? De lilliputter met haar bochel, gezeten op haar blinde herdershond, een Mechelse scheper, die is gezadeld als een paard, met stijgbeugels en oogkleppen en al. Speciaal voor haar. (Tom Lanoye, Zwarte tranen) Onder meer de Mechelse, Tervuurse en Duitse scheper; allemaal honden die door schaapherders werden g...

2025-07-15
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

scheper

Duitse scheper (Duitse herder)

2025-07-15
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

scheper

(de, -s) herdershond. - Duitse scheper, Duitse herder. - Mechelse scheper, Mechelse herder. ‘Zo'n Mechelse scheper is ook een stuk goedkoper dan een agent. De hond kost maar zo'n 2.500 euro per jaar. Door het inzetten van patrouillehonden zouden ook minder agenten in het weekend moeten werken en kunnen ze zo meer vrij...

2025-07-15
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

SCHEPER

Brabants voor schaapherder, ook naam voor herdershond, die een schapskudde bijeen drijft en houdt.

2025-07-15
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

scheper

1. (Schaap)herder. 2. Herdershond. De laatste dag was het amerikaans opbod en toen zat daar van alles in de klas: twee kippen, een nest jonge schepers, een tamme ekster die kon spreken enz., VERSTEYLEN 1964, 80.

2025-07-15
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Scheper

(volksk.) of schaapherder trad vaak op als dokter bij vee en mensen en ook wel als belezer en duivelbanner.

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

scheper

m. schepers (schaper, schaapherder).