Wat is de betekenis van Schandaleus?

2024-03-29
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Schandaleus

schandalig; aanstootgevend

2024-03-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Schandaleus

schandelijk, aanstotelijk.

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Schandaleus

(<Fr.), bn. (...zer, -t), (w. g.) 1. aanstoot gevend; 2. schandalig, ergerlijk.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

schandaleus

schandelijk, aanstotelijk, ergerniswekkend.