Wat is de betekenis van roddelen?

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

roddelen

roddelen - regelmatig werkwoord uitspraak: rod-de-len 1. het rondvertellen van ongunstige verhalen over iemand, waar je geen bewijs voor hebt ♢ er wordt in de koffiepauze veel geroddeld over de baas Regelmatig werkwoord: rod-de-len ...

2024-04-28
Woordenboekje Nederlandse Jiddisch

H. Beem (1975)

Roddelen

kwaadspreken; waarschijnl. van frühnieuwhoogduits rodeln, murmeln, vergelijk ook frühnieuwhoogduits rodler, Angeber; ook Nederlandse volkstaal.

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Roddelen

v., rabje, rabbelje, rattelje, oan op ’e rattel wêze.

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Roddelen

(roddelde, heeft geroddeld), 1. kwaad spreken, lasteren; 2. (gew. Zuidn.) een rommelend geluid maken: mijn buik roddelt.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

roddelen

(roddelde, heeft geroddeld) achter de rug kwaadspreken.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Roddelen

(roddelde, heeft geroddeld), praten over derden in ongunstige zin; kwaadspreken.

2024-04-28
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)