Wat is de betekenis van robber?

2024-04-27
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

robber

Serie achtereenvolgende spellen in een partij robberbridge die eindigt wanneer een van de twee paren twee manches gescoord heeft.

2024-04-27
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Robber

[Fr., van Eng. rubber, verdere afleiding onzeker] drie (of twee gewonnen) partijen achtereenvolgens met dezelfde tegenstander gespeeld bij bep. kaartspelen e.d.

2024-04-27
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Robber

reeks van drie partijen (kaartsp.)

2024-04-27
Yiddish Slang

Fred Kogos (1966)

Robber

Gazlen, ganef.

2024-04-27
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Robber

dubbele whistparty; twee gewonnene van drie whistpartijen.

2024-04-27
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

robber

rover, dief.

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Robber

I. m. (-s), 1. gereedschap van de plaatdrukker om de inkt in de sneden van de plaat te wrijven; 2. ijzeren werktuig der zeilmakers, om de naden glad te wrijven; 3. (Vl.) (viss.) vijllap, sleep bestaande uit stukken oud want, ter versterking aangebracht aan een net waar dit over de grond sleept. II. m. (-s), (Zuidn.) dief.

2024-04-27
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

robber

m. twee gewonnen van drie partijen (bij whist, bridge); dubbele whistpartij.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

robber

I. m. -s; flesvormige lap om de inkt in de sneden of lijnen der plaat te wrijven, plaatdrukkersgereedschap. II. m. -s, robbertje; (Eng. rubber); whisten: een toertje van drie partijen, waarvan men er twee moet winnen; bridge: twee manches: zegsw. ’n robbertje vechten. III. m. -s; Z.-N. dief.