Wat is de betekenis van Richel?

richel - zelfstandig naamwoord uitspraak: rig-gel 1. smalle, uitstekende rand aan een verticale wand ♢ op de richel boven de lambrisering had oma tegeltjes geplaatst 1. tuig van de richel [volk dat...

(de, -s) vensterbank aan de buitenkant van het raam, lijst, smalle bovenkant van bijvoorbeeld een lambrisering.

Een vlak ten oosten van Vlieland gelegen, onbewoond Waddeneilandje, dat geheel uit een vrijwel onbegroeide zandplaat bestaat. Het eilandje maakt deel uit van een opwas, die wordt begrensd door het Vlielander Balg, Franse Gaatje en de Vliestroom.

rand; platte lat

richel - Terugsprongen in het muurvlak of in een aarden wal. Wordt ook gebruikt voor de voet of de richel die ontstaat door het terugstellen van een muur.

s., richel, rânne.

...

v. (-s), 1. (timm.) platte lat, ongeveer 40-70 mm breed, voor betimmering van een plafond; 2. (gew.) dikke plank in een koestal, waarop het vee met de achterpoten staat; thans ook gemetseld; — vee, tuig van de richel, verachtelijk gespuis; 3. (bosb.) rek(hout), sliet; 4. (Zuidn.) latwerk waarop of waarin men aardewerk plaatst; 5. (Zuid...

v. -s; dunne balk, lat; uitstekende rand of lijst; latje; schotelrek; Z.-N. spoorstaaf; Z.-N. vensterbank: vee v. d. richel, schorem.