Rhododéndron scyphócalyx BALF. F. et FORR
N.O.-Burma, W.-Yunnan; 1,5 m. Gedrongen groeiende struik, met eerst behaarde en zwak beklierde twijgen; bladeren 6-9 cm lang, meestal omgekeerd lang-eivormig, met afgeronde top en wigvormig toelopende bladvoet, bovenzijde donkergroen, onderzijde min of meer viltig behaard. Bloeit in Juni, in 6-8-bloemige tuilen aan dicht behaarde en beklierde bloe...