Reuzel
Reuzel - dat is om je reuzel te scheuren: om uit je vel te springen.
Muiswerk Educatief (2017)
reuzel - zelfstandig naamwoord uitspraak: reu-zel 1. gesmolten varkensvet ♢ vroeger bakte men bijna alles in reuzel Zelfstandig naamwoord: reu-zel de reuzel
Marc de Coster (1998)
1. da’s om je - te scheuren, dat is om gek, duivels van te worden. Informele uitdr. 2. vreet je - maar niet op, maak je niet zo dik. Informele uitdr. reuzen van de weg, cliché uit de wielerverslag- geving voor ‘de renners’. Vanwege hun atletische prestaties in de bergen. Vertaald uit het Frans: lesgéants de la route. Deze hyperbool komt al voor in...
Anton van Oirschot (1985-1986)
naam van een rivier in Brabant, waarnaar ook het dorp Reusel is genoemd; een zijrivier van de Dommel, evenals de Beerze, Gender, Run, Keersop, Tongelreep en de Kleine Dommel.
G. Th. van Kempen (1974)
voor consumptie geschikt varkensvet. Bevat palmitinezuur, stearinezuur, oliezuur en een weinig linolzuur.
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
adeps suillis, varkensvet, wordt niet alleen als voedsel, maar ook als constituens van zalven en pasta's gebruikt; bijv. in blauwe zalf. zie ook axungia.
Van Dale Uitgevers (1950)
I. m. (-s), 1. bladvet, vetweefsel tegen de achtervlakte van de buik bij varkens; 2. (oneig.) vet in het menselijk lichaam (vrijwel vero., gemeenz.): mijn reuzel smelt in mijn lijf van de warmte ; — (plat) vreet je reuzel(s) maar niet op, maak je maar niet zo driftig ; het is om je reuzel te scheuren, om hels, duivels te...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: