Rangeerder
m. (-s), 1. spoorwegarbeider die werkzaam is bij het rangeren en in ’t bijzonder de wagens aaneen en los moet koppelen; 2. rangeermachine.
Van Dale Uitgevers (1950)
m. (-s), 1. spoorwegarbeider die werkzaam is bij het rangeren en in ’t bijzonder de wagens aaneen en los moet koppelen; 2. rangeermachine.
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
M. J. Koenen's (1937)
m. rangeerders (spoorbeambte, belast met het ineenzetten, op een ander spoor brengen, van een trein), (g = zj).
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
m. (-s), 1. spoorwegbeambte die werkzaam is bij het rangeren en in het bijzonder de wagens aaneen en los moet koppelen.
J.H. van Dale (1898)
RANGEERDER m. (-s), stationsarbeider met het rangeeren van spoorwagens belast; rangeermachine.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: