Wat is de betekenis van Rammelkast?

2024-04-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

rammelkast

1) (19e eeuw) oud (rammelend) rijtuig. • Zul je eens zachtjes rijden! moet jij met je rammelkast Emma Stoppel voor dezen avond ziek maken! (J.J. Cremer: Romantische Werken. 1877) • Die rammelkast van jou is geen cent waard..... (Justus van Maurik: Papieren kinderen. 1888) • Rij niet in die rammelkas met die slappe vaatdoek d'r voor...

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Rammelkast

s., rattelkas(t), rattelmanskarke (it), rattelmansreau (it).

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Rammelkast

v. (-en), 1. (spott.) oude, ontstemde piano; 2. oud rammelend rijtuig, oude automobiel: hij had een fordje, een doodgewone oude rammelkast; 3. mond die rammelt: hou je rammelkast.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

rammelkast

v. rammelkasten (oude reiswagen, oude vigilante enz.; oude piano); gmz.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

rammelkast

('ramməl) v. (-en) 1. Gemz. kastachtig iets dat rammelt nl. a. oud rijtuig, b. oude ontstemde piano. 2. Gemz. mond: hou je -!

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Rammelkast

RAMMELKAST v. (-en), (gemeenz.) houd je rammelkast (mond), zwijg: — (spott.) oude, ontstemde piano die slechts rammelt, wanneer men er op speelt; — groot rammelend rijtuig.

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Gerelateerde zoekopdrachten