Wat is de betekenis van raas?

2024-04-28
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Raas

Een verkorting van Erasmus of een afleiding uit Razo, Radzo, een eenstammige verkorting, en vleivorm daarvan, van Germaanse namen met rad- 'raad' (zie raad-). Razo komt vanouds (eerste voorbeeld van 1088) voor in het geslacht van de heren van Gavere (zie Tavernier-Vereecken, 110). Raas, Razo = Erasmus, Den Bosch 14e/15e eeuw. Raes, Rase, Zeeland 14...

2024-04-28
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

RAAS

Kreek of kleine inham, die bij eb droogligt en bij vloed onderloopt. In Sluis komt bijvoorbeeld een deel van de Hoogstraat voor als het Raas; hier kwam omstreeks het eerste kwart van de 14e eeuw de → Nieuwe Polder tot stand. LITERATUUR Van Empel en Pieters, Zeeland, 125.

2024-04-28
Voornamenboek

Dr. Johannes van der Schaar (1964)

Raas

m Een verkorting van Erasmus of uit Razo, Radzo, een eenstammige verkorting, en vleivorm daarvan, van Germ. namen met rad- ‘raad’ (zie raad-). Razo vanouds (eerste voorb. van 1088) in het geslacht van de heren van Gavere (zie Tavemier-Vereecken, 110). Raas, Razo = Erasmus, Den Bosch 14e/15e eeuw. Raes, Rase, Ze. 14e eeuw.

2024-04-28
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

raas

(de), (gebr. in Nickerie; zeer grof) stommeling, schoft e.d. Je bent een raas. Die man is een raas. Je lijkt op een raas. - Etym.: Wellicht van E rass = achterste. In het E van Jamaica bet. ‘raas’ achterste; het wordt daar ook, als tw., gebr. als (grove) verwensing (C&P 54). Vgl. S lasi = achterste.

2024-04-28
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

raas

geraas, lawaai maak; vloek, skel.