Wat is de betekenis van publiek (openbaar)?

2025-07-22
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

publiek (openbaar)

[Lat.], bn. en bw. (-er, -st), openbaar, niet-geheim: de zitting, het examen is publiek; een publiek geheim, iets dat iedereen weet, hoewel er officieel niets over gezegd wordt: een publiek schandaal, overal bekend; iets publiek maken, er algemene bekendheid aan geven (m.n. door de pers); (bw.) openlijk, in het openbaar: iemand publiek te schande...

2025-07-22
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

publiek (openbaar)

publiek - openbaar, algemeen bekend.