Wat is de betekenis van priesterlijk?

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

priesterlijk

priesterlijk - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: pries-ter-lijk 1. (als) van een priester ♢ de priester droeg een priesterlijk gewaad Bijvoeglijk naamwoord: pries-ter-lijk de/het priesterlijke ... ...

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Priesterlijk

bn. bw., van, bestemd voor priesters ; behorend bij het ambt of de waardigheid van de priester : priesterlijke sieraden; de priesterlijke zegen ontvangen; de priesterlijke stand, staat.

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

priesterlijk

bn., bw.: de priesterlijke waardigheid.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

priesterlijk

('pri.'stərlək) bn. en bw. (als) van, als, betreffende een priester : de -e waardigheid; met bedaarde tred.

2024-04-27
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

priesterlijk

bn. en bw., 1. van, bestemd voor priesters; behorend bij het ambt of de waardigheid van de priester: de priesterlijke stand, staat; 2. als of als van een priester; waardig, gewijd, verheven.

2024-04-27
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Priesterlijk

Priesterlijk - bn. bw. als, van een priester : priesterlijke sieraden; den priesterlijken zegen ontvangen.

Gerelateerde zoekopdrachten