pork-knocker
(de, -s), (uitspr. E: pork’nokker), zelfstandige goudzoeker, ev. als onderhuurder werkzaam op de concessie van een onderneming. Langs de verschillende bospaden waren al de gehele morgen bosbewoners gearriveerd, de meeste hadden hun bagage in een draagmand op de rug, andere droegen die op hun hoofd. Er waren balatableeders bij, arbeiders uit...