Wat is de betekenis van politiek?

2019
2023-03-20
Historische collectie Nederland begrippenlijst

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

politiek

Het besturen van een entiteit, met name een politieke entiteit, zoals een natie, en het beheren van de interne en externe betrekkingen van deze entiteit.

2017
2023-03-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

politiek

politiek - bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord uitspraak: po-li-tiek 1. op een weloverwogen manier ♢ dat heb je niet erg politiek aangepakt 2. wat te maken heeft met de politiek ♢ ze ma...

Lees verder
2017
2023-03-20
Jargon & Slang van Soldaten

Marc De Coster (2017)

Politiek

Politiek - (ook als verkleinwoord) burgerkleding: in politiek. Syn.: postiek. Ook de benaming voor een burger. En voor een wit broodje, burgerboterham, in de kantine verkrijgbaar: een gemeubileerd politiekje = een belegde boterham. Hiertegenover stond de kuch. Al deze termen zijn nu vero.

2004
2023-03-20
Memo Educatie

Uitgeverij Malmberg (2004)

Politiek

Alles wat te maken heeft met het besturen van een stad of land.

2001
2023-03-20
Voor rede vatbaar:.
een filosofisch woordenboek voor Nederland

Paul Frentrop (2001)

Politiek

‘Politiek is het verkrijgen en uitoefenen van macht.’1 En recht is in regels uitgekristalliseerde politiek. (Zie: Dwang) Tot 1789 was de macht bijna overal ter wereld in handen van een klein aantal mannen die als vermaak op wilde beesten jaagden, oorlog voerden tijdens het campagneseizoen en de rest van hun tijd aan het hof doorbrachten...

Lees verder
2000
2023-03-20
Kleine encyclopedie van het snobisme

Anton Moonen (2000)

Politiek

In politiek opzicht zien we bij de snob een wild, onberekenbaar mengelmoes van ultrareactionaire en intellectuele ideeën (enkele snobs dwepen zelfs met dictaturen); soms heeft hij popu- lair-democratische opvattingen (men spreekt wel chic van een cryptocommunist), al is die neiging niet sterk en zuiver filosofisch, omdat hij dan nogal eens aan coll...

Lees verder
1998
2023-03-20
Woordenboek Populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Politiek

1. iemand - bewusteloos converseren,tegen iemand praten op een manier die erg saai of langdradig overkomt. Jeugdtaal uit de jaren zestig; tegenw. verouderd. 2. - stoepwandelen,eufemisme uit de jaren tachtig voor ‘betogen’. Vgl. proletarisch winkelen.

Lees verder
1996
2023-03-20
Het Lexicon van de gedragsbiologie

Mark Nelissen (1996)

politiek

politiek - Het geheel van sociale verbanden, tijdelijk van aard, in een groep hoog geëvolueerde soorten met een complex sociaal systeem, die erop gericht zijn gezamenlijk een doel te bereiken binnen de sociale context die individueel niet kan bereikt worden. P. bestaat o.a. uit het vormen van allianties, het zich herhaaldelijk onderwerpen aan de do...

Lees verder
1994
2023-03-20
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Politiek

[Gr. hè politikè (technè) = staatkunde, van politikos = de burger (politès) of stadsstaat (polis) betreffend! I zn 1 leer van staatsbeleid, staatkunde, kennis van parlementair beleid (ook gezegd van kleinere of grotere gemeenschappen: dorpspolitiek, wereldpolitiek...

Lees verder
1993
2023-03-20
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Politiek

staatkundig; slim; tactiek; leer van het staatsbeleid; handelwijze van een regering; burgerkleding

1990
2023-03-20
Art & Architecture Thesaurus

Getty Research Institute (1990)

politiek

politiek - Het besturen van een entiteit, met name een politieke entiteit, zoals een natie, en het beheren van de interne en externe betrekkingen van deze entiteit.

1980
2023-03-20
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

politiek

zie polis

1955
2023-03-20
De vreemde woorden.
woordenboek

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Politiek

staatkunde, staatsaangelegenheden; ook: burgerkleding; als bijv. nw.: staatkundig; sluw; handig.

1952
2023-03-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Politiek

s. & adj., polityk.

1949
2023-03-20
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Politiek

zie Staatkunde.

1948
2023-03-20
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

politiek

1 v. staatkunde; geslepenheid ln het bereiken van zijn doel; 2 o. burgerkleding; 3 aj. staatkundig; (ook:) handig kunnende manoeuvreren tot het bereiken van zijn doel, slim berekenend, sluw.

1947
2023-03-20
Ensie deel 3

Redactie H.A. Enno van Gelder, Jakob Pieter Kruijt, Jan van den Brink, Johan Valkhoff (1947)

Politiek

Is de politiek — in dit hoofdstuk de laatste in rangorde — de conclusie of bekroning van de leer van het recht, en die van de staat? Dit verband is niet altijd zo gelegd. In het, classieke, ‘Handwörterbuch der Staatswissenschaften’ wordt over politiek of staatkunde in het geheel niet gesproken. Wel is dit het geval in h...

Lees verder
1939
2023-03-20
Humoristisch woordenboek

H. Moritsen (1939)

Politiek

Staatkunde, waarvoor je geen staatkunde behoeft te kennen.

1937
2023-03-20
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

politiek

v. Fr. politique, v. Lat.-Gr. politikos = van de staatI. (1 staatkunde; geheel van parlementaire beginselen; 2 gedragslijn; 3 schranderheid, geslepenheid; 4 burgerkleding, met: zijn in): 1. de binnenlandse politiek; socialistische politiek; 2. zachtjes aan was zijn politiek; 3. met veel politiek te werk gaan; 4. luitenant was in politiek; II. bn.,...

Lees verder
1937
2023-03-20
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

politiek

v. staatkunde.