Wat is de betekenis van Pax?

Peace

1) (1993) (luchtv.) passagiers. • Intussen houdt de cabin crew (stewards en stewardessen) in de gaten of er onder de pax een ummetje zit; pax zijn passagiers en een Unacompanied Minor is een alleenreizend kind. (het Parool, 06/05/1993) • Pax Passagiers: ‘We hebben 209 Spaanstalige pax aan boord.’ (Onze Taal, juli/ augustus 20...

Lat. 'vrede'; zie Ireneus.

Pax is de benaming voor personen, bv. 3 pax = 3 personen

Pax is de benaming voor personen. Bijvoorbeeld een reis voor 3 pax = een reis voor 3 personen.

[Lat.] vrede, eensgezindheid; - dei godsvrede; - imperii rijks- of landsvrede; - intrantibus vrede zij (hun) die binnentreden; vobiscum! vrede zij met u.

vrede

Pax - Allegorische godin van de vrede, die verscheidene tempels in Rome kreeg. Haar cultus is betrekkelijk laat ingevoerd. De godin zelf werd met de Griekse Eirènè vereenzelvigd. Ze werd afgebeeld als een statige dame met zachte gelaatstrekken, met in de hand een hoorn van overvloed of een olijftak en de herautenstaf, doch dan droeg ze korenaren op...

(= vrede). 1. De liturgische vredeskus (omarming) tijdens de H. Mis en andere plechtigheden, zooals professie, priesterwijding enz., soms gegeven met het → Instrumentum pacis. 2. Onderdeel van den liturgischen groet Pax te’cum (= de vrede zij met u), die gegeven wordt bij het → Vormsel en in de H. Mis, en van den liturgischen...