Wat is de betekenis van parkiet?

papegaaiachtige vogel. kleine of middelgrote, onder meer in Australië in het wild levende, papegaaiachtige vogel die van nature vaak een groen of groen-geel verenkleed heeft, en als kooivogel en volièrevogel in verschillende kleuren wordt gekweekt, zoals bv. de grasparkiet. Voorbeelden: De parkiet komt oorspronkelijk uit...

Algemene N naam voor de kleinere, in elk geval slankere Papegaaiensoorten ← met lange getrapte staarten (definitie overgenomen uit Terres 1980 nl. die voor Parakeet). In N komen populaties voor van de Halsbandparkiet ←; deze zijn geïntroduceerd. ETYMOLOGIE N Parkiet (bij Houttuyn 1762 "Perruches") <N parkiet (1676), perk...

papegaaiachtig vogeltje

parkiet - Algemene term die verwijst naar verschillende soorten in verschillende genera die met elkaar gemeen hebben dat ze kleine of middelgrote papegaaien zijn, gewoonlijk groen van kleur.

(de, -en), naam voor middelmatig grote papegaaien met een lange, spitse staart en voor kleine papegaaien. - Etym.: AN p = kleinere papegaaien, vooral die met larjige staarten. S prkiki. - Samenst: kankantriparkiet, kapoeweriparkiet, korenparkiet, mburisiparkiet, okerparkiet, raafparkiet. Zie obk: papegaai, raaf.

papegaaisoort.

...

(<It.), m. (-en), familie van platstaartpapegaaien (Platycercidae) : de gewone parkiet (Melopsittacus) ; — (zegsw.) 't zijn net twee parkieten, ze zijn erg aan elkaar gehecht.

Mnl.: man, vrl. pop. Tropische vogel van de familie der papegaaiachtigen. Werd vroeger alleen maar geïmporteerd, thans meestal hier gefokt in grote volières. De parkiet bereikt in gevangenschap vaak de leeftijd van 25 jaar en nog ouder. Hoofdvoedsel: zonnepitten, kleine mais, hennepzaad, kanariezaad.