Wat is de betekenis van Overwaggelen?

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Overwaggelen

(waggelde over, is overgewaggeld), al waggelende naar de overkant gaan: de ganzen waggelden de weg over.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Overwaggelen

Overwaggelen - (waggelde over, is overgewaggeld), al waggelende overgaan: de ganzen waggelden den weg over. OVERWAKEN (ZICH), (overwaakte zich, heeft zich overwaakt), zich vermoeien door waken.

Gerelateerde zoekopdrachten