Wat is de betekenis van overvol?

2025-07-15
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Overvol

bn., overlopend, al te vol: het was er overvol.

2025-07-15
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

overvol

overvol - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: o-ver-vol 1. te vol ♢ de bus was overvol, we moesten staan Bijvoeglijk naamwoord: o-ver-vol de/het overvolle ...

2025-07-15
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Overvol

adj., oerfol, barstende fol.

2025-07-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

overvol

bn. (al te vol): een overvol hospitaal.

2025-07-15
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

overvol

('o:vər) bn. (-Ie) overlopend, zeer vol : een lokaal; van blijdschap.

2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Overvol

Overvol - bn. zeer vol: het was er overvol; ...VOLDOEND, bn. meer dan voldoende; ...VOLLEDIG, bn. zeer volledig.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)