Openheid
v., 1. openhartigheid, rondborstigheid: een gelaat dat goedheid en openheid te kennen geeft; 2. het open-, toegankelijk-, vatbaar-zijn voor hetgeen een bep. noemt.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., 1. openhartigheid, rondborstigheid: een gelaat dat goedheid en openheid te kennen geeft; 2. het open-, toegankelijk-, vatbaar-zijn voor hetgeen een bep. noemt.
Muiswerk Educatief (2017)
openheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: o-pen-heid 1. het gemakkelijk over gevoelens praten ♢ opvallend is de openheid waarmee zij over het verlies praat 1. in alle openheid [in het openbaar]...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v. (g. mv.), 1. openhartigheid: iets in alle behandelen; 2. het ontvankelijk zijn; 3. het inzichtelijk-zijn voor derden: democratie kan niet zonder bestaan, niet zonder vrijheid om kennis van alles te nemen en een mening daarover te uiten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: