Wat is de betekenis van opengooien?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Opengooien

(gooide open, heeft opengegooid), met kracht openen: hij gooide de deur open en stoof naar buiten; zijn jas opengooien.

2025-07-17
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

opengooien

opengooien - regelmatig werkwoord uitspraak: o-pen-gooi-en 1. met kracht openen ♢ plotseling werden de balkondeuren opengegooid 1. een discussie opengooien [door een nieuwe aanpak weer op gang bren...

2025-07-17
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

opengooien

Van de bieding: populair voor openen. Meestal gebruikt bij een niet erg opgelegde opening in de derde of vierde hand.

2025-07-17
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Opengooien

v., iepensmite.

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Opengooien

Opengooien (gooide open, heeft opengegooid), haastig en met geweid openen : hij gooide de deur open en stoof naar buiten.

2025-07-17
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-17
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)