op een, twee, drie
een, twee, drie Als hij op bezoek is en bij het vijvertje rondhangt, neemt hij me bij de hand en zegt hij: Pop, twee... drie... vis! waarmee hij dan bedoelen wil dat hij een pop zal nemen, en ze op een-twee-drie in de vijver bij de visjes gooien. (Louis Paul Boon, Davids jonge dagen) Belgisch-Nederlandse Standaardtaal