onvolkomenheid
onvolkomenheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: on-vol-ko-men-heid 1. wat niet volmaakt is ♢ we hebben allemaal onze onvolkomenheden Zelfstandig naamwoord: on-vol-ko-men-heid de onvolkomenheid ...
Muiswerk Educatief (2017)
onvolkomenheid - zelfstandig naamwoord uitspraak: on-vol-ko-men-heid 1. wat niet volmaakt is ♢ we hebben allemaal onze onvolkomenheden Zelfstandig naamwoord: on-vol-ko-men-heid de onvolkomenheid ...
Getty Research Institute (1990)
onvolkomenheid - Onregelmatigheden in het oppervlak of de structuur van iets, waardoor het object wordt verzwakt of mislukt, of waardoor het uiterlijk ervan wordt bedorven.
Van Dale Uitgevers (1950)
v., 1. onvolledigheid: de onvolkomenheid van alle menselijke kundigheden; 2. onvolmaaktheid : de menselijke onvolkomenheid; 3. (...heden), opzicht waarin iets onvolkomen is ; — zedelijk gebrek : onze onvolkomenheden.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
v., 1. onvolledigheid: de onvolkomenheid van alk menselijke kundigheden; 2. onvolmaaktheid: de menselijke onvolkomenheid; 3. (-heden), zedelijk gebrek: onze onvolkomenheden.
J.H. van Dale (1898)
v. onvolledigheid: de onvolkomenheid van alle menschelijke kundigheden; onvolmaaktheid : de menschelijke onvolkomenheid; — (mv. ...heden), zedelijk gebrek: onze onvolkomenheden alleen zijn niet van U, o God.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: