Wat is de betekenis van Onvertogen?

2024-04-30
Van aalmoes tot zwijntjesjager

Dr. E. Schröder (1980)

Onvertogen

Alleen in de uitdrukking: geen onvertogen woord, dat wil zeggen: geen ruwe of ongepaste uitdrukking, leeft het Middelnederlandse werkwoord vertiën nog voort. Tien is: trekken. Vertiën is vertrekken, verwringen en ook: verschuiven, uitstellen, On-vertogen is dus eigenlijk: niet uitgesteld, ogenblikkelijk, direct. Uit de betekenis onverwijl...

2024-04-30
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Onvertogen

adj., forkeard, ûnmis; (g)eenwoord, (gj)in ûnmooglik wurd.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onvertogen

bn. bw., 1. (veroud.) niet uitgesteld, ogenblikkelijk : wat nu, toen dit belang onvertogen, dadelijke handhaving gebood? 2. ongepast, onkies, ruw: nooit heb ik een onvertogen woord van hem gehoord.

2024-04-30
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onvertogen

zie overtiegen.

2024-04-30
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onvertogen

(onvər'to:gən) bn. Veroud. onhebbelijk. Ongepast: woorden.

2024-04-30
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

onvertogen

bn. en bw., ongepast, onkies, ruw: nooit heb ik een onvertogen woord van hem gehoord.

2024-04-30
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Onvertogen

bn. onhebbelijk, ruw : nooit heb ik een onvertogen woord van hem gehoord.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)