Wat is de betekenis van Ontbindingsrecht?

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ontbindingsrecht

o., recht van de vorst de volksvertegenwoordiging te ontbinden.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

ontbindingsrecht

o. (het recht [v. d. vorst] tot ontbinding van de volksvertegenwoordiging): van het ontbindingsrecht gebruikmaken.

2024-04-28
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Ontbindingsrecht

Het recht van den Koning, om de Kamers te ontbinden, in geval de inzichten van 'Regeering en Kamers onverzoenlijk tegenover elkaar komen te staan. Het is dan noodzakelijk, de meening van de kiezers te hooren, zoodat, na de ontbinding, een nieuwe verkiezing moet worden uitgeschreven.

2024-04-28
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Ontbindingsrecht

De koning heeft het recht om de Kamers der Staten-Generaal, elk afzonderlijk of beide te zamen, te ontbinden. Hij zal dit doen om in geval van een conflict tusschen Regeering en Staten-Generaal een uitspraak van het volk uit te lokken. Sinds de aanvaarding van het ➝ parlementaire stelsel in Ned. mag de koning voor eenzelfde conflict slechts é...

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ontbindingsrecht

o. recht om de Kamers te ontbinden (7).

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

ontbindingsrecht

o., recht van een staatshoofd de volksvertegenwoordiging te ontbinden. In Nederland is de koning(in) bevoegd tot ontbinding van elk van beide Kamers der Staten-Generaal. Deze bevoegdheid kan slechts onder ministeriële verantwoordelijkheid worden uitgeoefend. Vooral met betrekking tot de Tweede Kamer wordt wel tot ontbinding besloten om de kiez...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Ontbindingsrecht

o. recht van de vorst de volksvertegenwoordiging te ontbinden.