Wat is de betekenis van onruststoker?

2024-12-08
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-12-08
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

onruststoker

onruststoker - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die de huidige orde verstoort De onruststoker zorgde ervoor dat de les niet gegeven kon worden door de docent. Woordherkomst samenstelling van onrust en stoker Verwante begrippen rebel, agitator, activist, stokebrand, aanstoker...

2024-12-08
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Onruststoker

s., ûnrêstmakker, -stoker.

2024-12-08
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-12-08
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Onruststoker

m. (-s), iem. die onrust, verdeeldheid teweegbrengt.

2024-12-08
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

onruststoker

m. onruststokers (iem., die verdeeldheid teweegbrengt).

2024-12-08
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

onruststoker

('on) m. (-s) hij die onrust stookt, verdeeldheid teweegbrengt.

2024-12-08
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

onruststoker

m. (-s), iemand die verdeeldheid teweegbrengt.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-12-08
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)