Wat is de betekenis van omroepen?

omroepen - Werkwoord 1. (ov) op een luide manier vertellen aan een grote groep ♢ In de winkel werd omgeroepen dat de speculaas in de aanbieding was. omroepen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord omroep Woordherkomst samenstelling van om(bij...

omroepen - onregelmatig werkwoord uitspraak: om-roe-pen 1. het bekendmaken door luidsprekers ♢ plotseling werd omgeroepen dat Jur zijn ouders zocht Onregelmatig werkwoord: om-roe-pen ik roep om (... ik omroep)...

v., omroppe; iets laten —, eat op ’e skille hawwe.

...

(riep om, heeft omgeroepen), 1. in het openbaar op de straat bekendmaken door een omroeper: er is omgeroepen, dat er vis aan de markt is; 2. door de radio bekendmaken: nieuwsberichten omroepen.

riep om, h. omgeroepen (bekend maken op de straat, inz. door den omroeper; ook radio: uitzenden).

(riep om, heeft omgeroepen) door roepen openbaar bekendmaken op de straat: heb je al laten - dat je je beurs verloren hebt?

(riep om, heeft omgeroepen), (overg.) 1. in het openbaar bekendmaken door een omroeper: er is omgeroepen, dat het circus komt; 2. door de radio bekendmaken: nieuwsberichten —; 3. door een omroepinstallatie oproepen, c.q. ontbieden: meneer X is wel in het gebouw, ik zal aan de telefoniste vragen hem even om te roepen.

...