Wat is de betekenis van omhelzing?

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

omhelzing

omhelzing - Zelfstandignaamwoord 1. de daad van het omhelzen Eerst was er op het podium nog die laatste omhelzing met Lodewijk Asscher geweest – misschien wel het moeilijkste moment voor alle partijleden. Samsom die met gesloten ogen zijn kale, nu weerloze hoofd tegen Asschers rechterschouder drukt,...

2024-04-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

omhelzing

omhelzing - zelfstandig naamwoord uitspraak: om-hel-zing 1. het ergens met je armen omheen slaan ♢ met een hartelijke omhelzing werd ik welkom geheten Zelfstandig naamwoord: om-hel-zing de omhelzing ...

2024-04-29
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

omhelzing

verbloemende term voor geslachtsgemeenschap. In deze betekenis reeds in de zeventiende eeuw opgetekend. Vgl. omarming*. Die niet bekennen willen dat het (het euvel, de Fransche ziekte) hun landgenoten door d’omhelzingen van Itaaljaansche vrouwen is aangekomen. J. de Brune, de Jonge: Wetsteen der vernuften. 2 dln. 1644,1659, geciteerd in WNT

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Omhelzing

s., omearming.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Omhelzing

v. 1. het omhelzen, omarming; 2. (-en), keer dat men omhelst; — (bij uitbr. eufem.) echtelijke vereniging.

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)