Wat is de betekenis van Offline?

2024-04-29
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

offline

(bijvoeglijk naamwoord) [ict] netloos, zonder verbinding; schermloos - Als ik werk op een pc zonder verbinding heb ik geen last van storende internetreclames. - Koning Willem-Alexander heeft voor zichzelf en zijn dochters schermloze weken ingevoerd.

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

offline

offline - Bijvoeglijk naamwoord 1. niet met het computernetwerk verbonden zijnde, niet met het internet verbonden zijnde. In de rimboe kun je het beste werken met een offline navigatie-app. Woordherkomst Leenwoord uit het Engels. Antoniemen online

2024-04-29
Woordenboek Internettaal

Martin Bannink (1995)

Offline

Het 'van de lijn' zijn: de computer maakt (via het modem) géén gebruik van de telefoonlijn. Je bent voor je schoonmoeder bereikbaar. 'Offline' betekent ook het verlaten van een nieuwsgroep op Usenet of een discussiegroep op IRC om het gesprek (privé) voort te zetten per e-mail: 'Laten we maar offline gaan, want ik wil niet dat anderen dit zien.' Wa...

2024-04-29
Woordenboek automatisering

Henk Biemond (1985)

Offline

Niet-gekoppeld Een eenheid, die niet door de computer wordt bestuurd.

2024-04-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-29
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)