Wat is de betekenis van ocel?

2025-07-17
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ocel

(<Lat.), m. (len), puntoog.

2025-07-17
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Ocel

[v. Lat. ocellus, verklw. van oculus = oog] enkelvoudig oog bij de meeste insekten en andere geleedpotige dieren (tussen de samengestelde ogen).

2025-07-17
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Ocel

puntoog bij insekten

2025-07-17
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

ocel

m. (-len), (ook: puntoog), bij o.a. insekten en spinnen voorkomend primitief lichtzintuig. (e) Ocellen bestaan meestal uit een aantal lichtzintuigcellen, die door pigment zijn afgeschermd van licht uit bepaalde richtingen; ook ten opzichte van elkaar worden zij door pigment afgeschermd. Vaak is er ook een lens, die geen accomodatievermogen aan de o...