nylon
nylon - Zelfstandignaamwoord 1. (scheikunde) tot de polyamiden behorende synthetische thermoplastische uit vezels bestaande kunststof nylon - Bijvoeglijk naamwoord 1. gemaakt van nylon
Wiktionary (2019)
nylon - Zelfstandignaamwoord 1. (scheikunde) tot de polyamiden behorende synthetische thermoplastische uit vezels bestaande kunststof nylon - Bijvoeglijk naamwoord 1. gemaakt van nylon
Muiswerk Educatief (2017)
nylon - zelfstandig naamwoord uitspraak: nei-lon 1. kunststof waarvan men lijnen en stoffen maakt ♢ deze visserslijn is van nylon Zelfstandig naamwoord: nei-lon de of het nylon
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[bedacht woord] 1 vrijgegeven merknaam voor polyamide-kunstvezels; 2 weefsel daarvan (ook in samenstellingen als nylonkous e.d.).
Van Onck (1972)
Nylon - De kunstmatige vezel, die alle an¬dere als tuigen gebruikte lijnen ge¬heel het veld heeft doen ruimen. De Nederlandse hengelaar heeft voor¬namelijk te maken met nylonfila¬ment (enkelvoudige lijn) en het z.g. ,gevlochten’ nylon, dat vooral drij¬vend wordt gebruikt bij het snoekvissen e.d. Van het nylonfilament wordt...
Kramer en de Bruin (1971)
Nylon - polyamide vezel, verkregen door phenol (gemaakt uit steenkoolteer) chemisch te bewerken. In Amerika Nylon, in Duitsland Perlon en in Nederland Enkalon genoemd. Touw van deze vezels wordt zowel geslagen als gevlochten. Het is zeewaterbestendig, neemt weinig water op, rot niet en droogt snel. Het is veel sterker dan manilla en heeft een grote...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: