Wat is de betekenis van Nieuwlichter?

2024-04-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Nieuwlichter

s., nijljochter.

2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Nieuwlichter

m. (-s), 1. aanhanger van een godsdienstige sekte die door een ,,nieuw licht” de waarheid meent te kennen; 2. aanhanger van nieuwe opvattingen of denkbeelden.

2024-04-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

nieuwlichter

m. nieuwlichters (1 afgescheidene [1834] van de Hervormde Kerk; 2 bij uitbr. moderne, niet-orthodoxe): 1. de naam nieuwlichter was een scheldnaam in de vervolgingstijd tussen 1830 en ‘40; 2. de nieuwlichter Jan Luycken.

2024-04-29
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Nieuwlichter

Iemand, die een nieuw geestelijk lichtwil brengen; het woord wordt vaak ironisch gebruikt voor iemand, die een nieuw denkbeeld verkondigt. Voor honderd jaar heetten de zgn. afgescheidenen of Christelijk gereformeerden: nieuwlichters.

2024-04-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

nieuwlichter

('ni:wlichtər) m. (—s) 1. aanhanger van een sekte die „het nieuwe licht” gevonden heeft en zich van de ortodoxe leer afwendt. 2. Algm. aanhanger van nieuwe opvattingen en denkbeelden.

2024-04-29
Wat is dat? Encyclopedie voor jongeren

P.J.F.H. van de Rivière, R. de Ruyter-van der Feer (1928, 1930 en 1938)

Nieuwlichter

Met nieuwlichter bedoelt men iemand, die nieuw (geestelijk) licht zoekt te brengen. Honderd jaar geleden gaf men dezen naam aan de z.g. Afgescheidenen of Christelijk-Gereformeerden, maar in den tegenwoordigen tijd worden in het algemeen mensen, die nieuwe denkbeelden op geestelijk of maatschappelijk gebied verkondigen, vaak ironisch „nieuwlic...

2024-04-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

nieuwlichter

m. (-s), 1. aanhanger van een godsdienstige sekte, die door een ‘nieuw licht’ de waarheid meent te kennen; 2. aanhanger van nieuwe opvattingen of denkbeelden.

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

nieuwlichter

nieuwlichter - m., naam, gegeven aan gereformeerden (afgescheidenen) of aan orthodoxe protestanten in ’t algemeen.

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)