natuurkracht
natuurkracht - Zelfstandignaamwoord 1. een buiten de mens om werkende kracht ♢ „Onze parkiet was de avond tevoren niet rustig te krijgen. Het schijnt dat dieren aardbevingen voelen aankomen.” Misschien was dat bij Thei Boonen uit Herkenbosch ook wel een beetje het geval. „Ik sliep in die nacht van 12 op 13 ap...