Wat is de betekenis van Nameten?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

nameten

nameten - Werkwoord 1. (ov) door meten controleren (van een reeds vermoed resultaat) Woordherkomst samenstelling van na en meten

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

nameten

nameten - onregelmatig werkwoord uitspraak: na-me-ten 1. opnieuw meten om te zien of de vorige meting juist was ♢ ben jij wel 1.70 meter lang? ik zal het nog eens nameten Onregelmatig werkwoord: na-me-ten ik meet na...

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Nameten

(mat na, heeft nagemeten), door meten onderzoeken of een voorafgaande meting juist is: als je de koopman niet vertrouwt, moet je het goed maar eens nameten.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

nameten

mat na, h. nagemeten (door meten nagaan, overmeten, nog eens meten tot contrôle): het gekochte linnen in huis eens nameten.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

nameten

('na:) (mat na, heeft nagemeten) door meten nagaan om te zien of de voorafgaande meting juist was: een stuk gekocht laken -.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

nameten

(mat na, heeft nagemeten), door meten onderzoeken of een voorafgaande meting juist is.

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Nameten

Nameten (mat na, heeft nagemeten), door meten onderzoeken of eene voorafgaande meting juist is: als gij den koopman niet vertrouwt, moet gij het goed maar eens nameten. NAMETING, v. (-en), het overmeten.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)