Wat is de betekenis van nahouden?

nahouden - Werkwoord 1. (ov) erop ~: hebben en in stand houden ♢ Hij houdt er vrijblijvende buitenechtelijke relaties op na. ♢ Onze partij houdt er geen racistische ideeën op na. ♢ Zelf zou ik er nooit...

(hield na, heeft nagehouden), 1. iem. langer houden dan anderen, laten schoolblijven; 2. iem. iets nahouden, verwijten, nageven, van hem vertellen (in: er paard en rijtuig, een auto op nahouden is nahouden geen samenst., zie bij Houden I, 9.).

hield na, h. nagehouden (1 ter beschikking houden; in dienst houden, hebben, met er op; 2 doen nablijven; 3 blijven verwijten, wrok blijven koesteren): 1. er een ezeltje op nahouden; 2. knapen nahouden; 3. iem. iets nahouden.

('na:) (hield na, heeft nagehouden) 1. langer houden, doen schoolblijven: een knaap -. 2. in gebruik, dienst hebben: een auto, een goevernante erop -; hij hield er zijn eigen vergelijkingen op na. 3. verwijten: men zal hem dat schandaal blijven -.

(hield na, heeft nagehouden), 1. (iemand) langer houden dan anderen, laten schoolblijven; 2. iemand iets nahouden, het hem verwijten, nageven, van hem vertellen.

...

Nahouden (hield na, heeft nagehouden), iem. langer houden dan anderen, laten schoolblijven; iem. iets nahouden, verwijten, nageven, van hem vertellen.

...