Wat is de betekenis van nageslacht?

nageslacht - Zelfstandignaamwoord 1. (ruim) afstammelingen, toekomstige generaties 2. (eng) kinderen en kleinkinderen Woordherkomst samenstelling van na en geslacht Synoniemen afstammeling, nakomeling, afstamming, komaf Antoniemen voorgeslacht

nageslacht - zelfstandig naamwoord uitspraak: na-ge-slacht 1. kinderen, kleinkinderen etc. ♢ bij het feest van oma was haar hele nageslacht aanwezig Zelfstandig naamwoord: na-ge-slacht het nageslacht

nageslacht - Iemands directe biologische nakomelingen.

s.n., neislachte (it), neiteam (de & it), (nei)skaei (it).

...

o., 1. nakomelingen van een bep. persoon; 2. mensengeslacht in de volgende jaren of eeuwen.

o. nageslachten (nakomelingschap; de mensen, die later zullen leven).

o. (-en) gezamenlijke later komende geslachten. Syn. nakomelingschap.

o., nakomelingen; mensen die de komende jaren of eeuwen zullen leven.