nachtgezicht
('nacht) o. (-en) I. [gezicht, landschap] 1. Eig. landschap 's nachts. 2. Metn. schilderij dat zo'n gezicht voorstelt. II. [gezicht, vizioen] verschijning 's nachts.
Jozef Verschueren (1930)
('nacht) o. (-en) I. [gezicht, landschap] 1. Eig. landschap 's nachts. 2. Metn. schilderij dat zo'n gezicht voorstelt. II. [gezicht, vizioen] verschijning 's nachts.
F.W. Grosheide (1926)
is een visioen, dat gedurende den nacht wordt aanschouwd. Van den droom onderscheidt het zich daardoor dat het in wakenden toestand wordt ontvangen, van het gewone gezicht of visioen daardoor, dat het niet des daags maar des nachts plaats heeft. In het Schriftuurlijk spraakgebruik wordt evenwel het scherpe onderscheid tusschen droom en nachtelijk v...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: