Wat is de betekenis van Mycelium?

2024-04-30
Filosofisch woordenboek

Paul Frentrop (2001)

Mycelium

Mysterieuze zwammendraden. Ondergronds leven. Tijdloos. Schimmels die uit dood hout weer leven maken. En communiceren. We weten iets van dieren, iets van planten, maar nauwelijks iets van die derde grote categorie van levende wezens. Het zou kunnen dat één individueel organisme zijn draden ondergronds verspreidt over een gebied groter...

2024-04-30
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Mycelium

[v. Gr. mukès = paddestoel; de uitgang is Latijns] weefsel (meestal onderaards) waaruit zich de zwammen ontwikkelen, zwamvlok.

2024-04-30
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Mycelium

zwamvlok

2024-04-30
Biologische encyclopedie

G. Th. van Kempen (1974)

mycelium

(G., mukes = zwam) of zwamvlok. Bestaat uit verweven draden (hyfen), vormt het vegetatieve deel van allerlei schimmels of zwammen.

2024-04-30
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Mycelium

De m.o.m. samenhangende massa celdraden (hyphen), die uit een schimmelspore ontstaan, wordt m. genoemd. Het m. heeft geen bepaalde vorm en kan op een geschikte voedingsbodem onbeperkt doorgroeien.

2024-04-30
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Mycelium

o., zwamvlok; — weefsel waaruit de zwammen zich ontwikkelen.

2024-04-30
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Mycelium

draadvormig weefsel bij de zwammen, dat dient voor voedselopname. Eencellig of, door tussenschotten, meercellig (z Zwammen).

2024-04-30
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

mycelium

o.; paddenstoelplant, zwamvlok.

Wil je toegang tot alle 14 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-30
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Mycelium

Micelium, draden v/e schimmel, met uitzondering v/d deelen welke dienst doen v. voortplanting, soms vereenigd t/e viltachtige massa, soms tot harde, kussenvormige lichamen.