Wat is de betekenis van Muzenzoon?

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

muzenzoon

(19e eeuw) (stud.) student. Ontleend aan het Duits. Vgl. kwekeling van Minerva. • Allengs gaf men hem nu verkwikkingen; want gedurende de zitting was hij de éénige geweest, wien men geene ververschingen had aangeboden, daar de Akademie zich niets ontbreken liet, hetgeen ons zeer tot ergernis verstrekte, tot dat wij vernamen, dat...

2024-04-28
Jargon & Slang van Studenten

Marc De Coster (2017)

Muzenzoon

Muzenzoon - student. Uit het Duits overgenomen. Syn.: kwekeling van Minerva.

2024-04-28
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Muzenzoon

student; dichter

2024-04-28
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Muzenzoon

student, academieburger.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Muzenzoon

m. (...zonen), 1. student; 2. dichter.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

Muzenzoon

m. -zonen; dichter; ook: student.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

muzenzoon

m. (...zonen) 1. [muze der dichtkunst] dichter. 2. [muze der wetenschappen] student.

2024-04-28
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

muzenzoon

muzenzoon - m., student, academie-burger.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Muzenzoon

beoefenaar der kunst, ook student.

Gerelateerde zoekopdrachten