Wat is de betekenis van murw?

Het woord "murw" wordt gebruikt om aan te geven dat iets of iemand slap, zwak of uitgeput is. Het kan ook betekenen dat iemand emotioneel gebroken of uitgeput is na een bepaalde gebeurtenis of na langdurige stress. In fysieke context kan het verwijzen naar voedsel dat zo lang is gekneed of bewerkt dat het zacht en papperig is geworden.

murw - Bijvoeglijk naamwoord 1. geslagen tot alle stevigheid bezweken is, zacht of week gemaakt ♢ Uit lijnolie werden drie soorten lijnkoeken gemaakt: murwe, halfzachte en harde. 2. overdrachtelijk: gedwee, niet langer tot weerstand in staat ♢ Het harde optre...

adj., murf, morf.

bn.; week, zacht, niet hard, niet vast; Z.-N. ook van aardappelen: gaar: een stokvis murw slaan; fig. iem. murw slaan, hem geducht afrossen.

bn. en bw. (-er, -st) week, zacht: fruit; aardappelen koken; vlees stoven; stokvis beuken, slaan; iemand slaan, geducht afrossen. Syn. ➝ mals.

bn. (-er, -st), 1. zacht, week, niet hard, niet vast, m.n. tengevolge van een bepaalde handeling: een stokvis murw beuken; iemand murw slaan, geducht afrossen; 2. (vero.) week, sentimenteel; 3. (fig.) iemand murw maken, zijn weerstandskracht breken.

van den Idg. wt. mar = stuk maken, verwelken; vandaar: slap, week.

...

...