Wat is de betekenis van Muggenzifter?

2025-07-15
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-15
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

muggenzifter

(17e eeuw) (scheldw.) pietluttig persoon; haarklover; vitter; perfectionist; pietje precies. Reeds bij Vondel: "De Waerheit noemde de schijndeughden muggenzifters, kameelverslinders, en splinterkijckers." Muggenziften is ontleend aan de Bijbel: de mug uitzuigen en de kemel doorzwelgen. Een oudere variant is bonenzifter. Syn.: kommaneuker*; mieren...

2025-07-15
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

muggenzifter

muggenzifter - Zelfstandignaamwoord 1. kleingeestige vitter Woordherkomst Naamwoord van handeling van muggenziften met het achtervoegsel -er Synoniemen mierenneuker, kommaneuker

2025-07-15
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

muggenzifter

muggenzifter - zelfstandig naamwoord uitspraak: mug-gen-zif-ter 1. kleingeestig iemand, die moppert over kleinigheden ♢als je klaagt over een spatje regen, ben je een muggenzifter Zelfstandig naamwoord: mug-gen-zif-ter de m...

2025-07-15
Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Muggenzifter

iemand die te veel op kleinigheden let; haarklover; vitter. Muggenziften is ontleend aan de Bijbel: de mug uitzuigen en de kemel doorzwelgen. Een oudere variant is bonenzifter.Vgl. mierenneuker; punaisepoetser. Een twistgierig knibbelaar, een pleitzuchtige muggenzifter spreekt met afgrijzing van de Rechters, en durft halstarrig staande houden dat &...

2025-07-15
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Muggenzifter

s., splintersiker, wurdtsjepik.

2025-07-15
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

muggenzifter

m. -s; iem., die de mug uitzijgt en de kemel doorzwelgt, Matth. 23:24; kleingeestige vitter.

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-15
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Muggenzifter

Muggenzifter m. (-s), haarkloover, kleingeestig vitter; ...ZIFTERIJ, v. (-en), haarklooverij, vitterij.