Wat is de betekenis van motorblok?

2024-04-28
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

motorblok

centraal motorgedeelte. centrale, blokvormige deel van een motor dat de cilinders, zuigers, kleppen en krukas bevat; centraal motorgedeelte. Voorbeelden: De elektrische benzinepomp hevelt voortdurend brandstof over naar het motorblok. De Standaard, 1996 Het compacte motorblok is een ééncilinder viertakt met dubb...

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

motorblok

(1994) (pol.) de belangrijkste partijen binnen het kabinet. • Motorblok, zn. (o.) -en, In: Dit werkstuk is het motorblok, alles hangt af van de auto die er omheen wordt gebouwd. (Van Mierlo) Betekent: Koks regeringsprogramma loopt wel maar beweegt niet. (NRC Handelsblad, 29/07/1994) • Allerwegen is de laatste dagen gejeremieerd dat Koks...

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

motorblok

motorblok - Zelfstandignaamwoord 1. (motortechniek) uit metaal gegoten lichaam van een verbrandingsmotor waarin zich de cilinders bevinden Woordherkomst samenstelling van motor en blok

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

motorblok

motorblok - zelfstandig naamwoord uitspraak: mo-tor-blok 1. gedeelte van de motorfiets waar de motor in zit ♢het motorblok wordt erg warm tijdens het rijden Zelfstandig naamwoord: mo-tor-blok het motorblok ...

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

motorblok

o. (-ken) hoofdbestanddeel van een motor bestaande uit de cilinders, de zuigers, de kleppen en de krukas : het ~ van een → automobiel.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

motorblok

o. (-ken), het uit metaal gegoten lichaam van een verbrandingsmotor waarin zich de cilinders bevinden.

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)