Wat is de betekenis van moetje?

(1904) (inf.) gedwongen huwelijk doordat de bruid zwanger is. Ook wel: moetertje, motje. • As je met mekaar eens ben en je wil aanteekenen, dan doe je 't toch. En dan d'r bij : 't was een motje. (H. Hartog: Sjofelen. 1904) • Moetertje. Huwelijk, dat noodzakelijk is. (J. De Vries: Westfriesche woorden. 1909) • (Alfons de Cock: Spree...

moetje - Zelfstandignaamwoord 1. een huwelijk ingegeven door zwangerschap ♢ De geboorte van hun dochter na zeven maanden liet zien dat het een moetje geweest was. moetje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord moe

Moetje - een speler heeft geen zin meer maar krijgt tot zijn ergernis een vrij spel.

moetje - zie mot (II).

o. (-s), iets dat moet gebeuren: die visite was een moetje ; dat huwelijk was een moetje, een gedwongen huwelijk, t.w. doordat de bruid zwanger was.

...

...