Microfoon
m. (...fonen, -s), toestel om geluidstrillingen uit de lucht op te nemen en om te zetten in electrische energie en ze zodoende over grote afstanden te kunnen verspreiden; — bep. die van de radio : voor de microfoon komen, spreken voor de radio ; — ook (bij een telefoontoestel) dat gedeelte van de hoorn waarin men spreekt.