Messchede
MESSESCHEDE, v. (-n), 1. koker, foedraal voor een mes; 2. zeker schelpdier (Solen vagina).
Van Dale Uitgevers (1950)
MESSESCHEDE, v. (-n), 1. koker, foedraal voor een mes; 2. zeker schelpdier (Solen vagina).
Wiktionary (2019)
messchede - Zelfstandignaamwoord 1. een nauwsluitende houder waarin het lemmet van een mes ter bescherming opgeborgen wordt 2. (tweekleppigen) Solen marginatus een marien tweekleppig weekdier, met een geheel rechte schelp ♢ De meeste messchedes gevonden op Nederlandse stranden zijn van fossiele herkoms...
Grasduin in meer dan 507 woordenboeken en encyclopedieën. Krijg toegang tot maar liefst 2.316.291 begrippen, 37.599 spreekwoorden en 78.030 synoniemen.
Word nu vriend van Ensie!
Jozef Verschueren (1930)
('mes) v. (-n) 1. Eig. messeschede. 2. Metf. schelpdier in de vorm van een messeschede.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: