meneertje
(1991) (lesbotaal) jonge, mannelijke lesbo. • (Hanneke Kunst en Xandra Schutte: Lesbiaans, Lexicon van de Lesbotaal. 1991)
Marc De Coster (2020-2024)
(1991) (lesbotaal) jonge, mannelijke lesbo. • (Hanneke Kunst en Xandra Schutte: Lesbiaans, Lexicon van de Lesbotaal. 1991)
Wiktionary (2019)
meneertje - Zelfstandignaamwoord 1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord meneer
Ewoud Sanders (2019)
commissaris van politie In 1879 voor het eerst aangetroffen, in een literaire tekst. In 1906 voor het eerst opgenomen in een Bargoense woordenlijst, De Boeventaal van Köster Henke. Köster Henke vermeldt het in een rijmpje: ‘Och meneertje heb meelij met mijn,/ Ik zal nooit weer lazerus zijn.’ Ook aangetroffen als mijnheertje. ‘De naam...
Marc De Coster (2017)
Meneertje - onderwereldterm voor commissaris van politie. Soms ook: rechter-commissaris. Voor meneertje staan betekent dan ook: voor de rechtbank verschijnen. Vero. Ik wier tussen drie man, zó Jantje-stap-netjes! naar Meheertje gebracht. . . - Willem van Iependaal, Polletje Piekhaar (1935)
Hanneke Kunst en Xandra Schutte (1991)
Meneertje - jonge, mannelijke lesbo. Zou het boteren tussen dat ‘meneertje’ (een soort Burnier in zakformaat) en die extravagante glamourlesbo. (HP/De Tijd, 25-1-91). Zie ook babybutch en burniertje.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: