Wat is de betekenis van Meierij?

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

meierij

meierij - Zelfstandignaamwoord 1. (geschiedenis) ambtsgebied van een meier Woordherkomst afgeleid van meier met het achtervoegsel -ij

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Meierij

v. (-en), het gebied van een meier, schout of baljuw, thans nog bekend in de meierij van ’s-Hertogenbosch, ook alleen de Meierij genoemd.

2024-04-28
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

meierij

v.; gebied v. d. meier in de bet. van vertegenwoordiger van den heer, bestuurder: de Meierij van Den Bosch, Peelland, Kempenland, Oisterwijk en Maasland.

2024-04-28
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Meierij

streek i/h N. v. N.-Brabant.

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

meierij

(meiə’rij) v. (-en) 1. Algm. eertijds gebied van een meier. 2. M e i e r ij Inz. streek in Noordbrabant: de van ’s-Hertogenbos.

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

meierij

v. (-en), het gebied van een meier, schout of baljuw.

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Meierij

Meierij v. (-en), uitgestrektheid gronds onder het gebied van een meier, schout of baljuw: de meierij van ’s-Hertogenbosch.